Kleine kwalen in de huisartspraktijk’ beschrijft die klachten en aandoeningen die de huisarts met enige regelmaat ziet, die geen ernstige bedreiging voor de lichamelijke gezondheid van de patiënt vormen, vaak een goede prognose hebben, en waaraan in de huidige medische opleidingen en wetenschappelijke literatuur weinig tot geen aandacht wordt geschonken. Deze vierde herziene druk is samengesteld door een nieuwe redactie, bestaande uit: dr. J.A.H. Eekhof, dr. A. Knuistingh Neven, prof. dr. Th.J.M. Verheij. Aan de inhoud van het boek verleenden verschillenden huisartsen hun medewerking. Het boek begint met algemene kwalen en behandelt vervolgens de kwalen van ‘hoofd’ via ‘romp’ naar ‘armen’ en ‘benen’. Voor deze vierde druk heeft de redactie opnieuw kritisch gekeken naar de inhoud van alle paragrafen. Recente review- en onderzoeksartikelen die op de huisartspraktijk betrekking hebben, zijn verwerkt bij de herziening van de paragrafen. ‘Kleine kwalen in de huisartspraktijk’ richt zich voornamelijk op huisartsen en huisartsen in opleiding, maar ook op andere medische beroepsbeoefenaren en medisch studenten. Omdat patiënten zich in de meeste gevallen niet met de kwaal op het spreekuur van de huisarts komen zou het boek ook voor belangstellende ‘leken’ interessant kunnen zijn.